Autoreis Costa Rica in 2 weken

Autoreis Costa Rica in 2 weken

door Marleen de Keyzer

‘Kunnen we deze rivier wel oversteken?’ Mijn partner-in-crime Thomas stapt uit. Voorzichtig loopt hij door de troebele, bruine rivier die de weg richting Playa Grande blokkeert. Het water komt tot zijn knieën. We analyseren de situatie rustig, terwijl een slinger van personenauto’s zich achter ons verzamelt. ‘Jullie kunnen hier als enige mak-ke-lijk doorheen hoor,’ lacht een Amerikaan ons uit. Tja, als Nederlander moet je toch éventjes wennen in zo’n bakbeest van een Toyota... 

Nomad America leende ons een 4x4. Wij reden langs de westkust van Costa Rica. We kampeerden aan de voet van mistige vulkanen. Deelden het bos met slingerapen. Relaxten in warmwaterbronnen. Surften. En bovenal: genoten zoals de Costaricanen dat doen. Vandaag delen we onze tweeweekse autoroute langs de Pacifische kust van Costa Rica met je. Pura vida! 

ZELF NAAR Costa Rica?

Bekijk alle 92 reizen om de rondreis Costa Rica van je dromen te vinden

Waarom autoreis Costa Rica?

Costa Rica staat bekend om zijn weelderige regenwouden, adembenemende watervallen, indrukwekkende vulkanen en prachtige stranden. Een reis met de auto geeft je de gelegenheid om deze parels op je eigen tempo te ontdekken! Met een auto kun je de drukte vermijden en de minder bekende plekjes van Costa Rica verkennen. Rijd door slingerende wegen omringd door groene landschappen, stop bij afgelegen dorpjes en ontmoet de vriendelijke lokale bevolking. Ontdek verborgen juweeltjes zoals afgelegen stranden, natuurlijke warmwaterbronnen en schilderachtige uitzichtpunten waar je kunt genieten van adembenemende panorama's.

Bezienswaardigheden langs de westkust van Costa Rica

Dag 1: San José

Onze fly-drive door Costa Rica begint in de hoofdstad en enige grote stad van het land: San José. Omdat er in het centrum niet bar veel bijzonders te doen is, wijken we uit naar de omliggende hooglanden. Daar wachten de beboste koffieplantages van Finca Rosa Blanca ons op. De ideale plek om eventjes bij te komen van onze vlucht, voordat we in de auto stappen.

Wil je meer weten over Finca Rosa Blanca of andere accommodaties tijdens onze trip? Lees dan ons artikel over de meest bijzondere hotels in Costa Rica.

Dag 2-3: Tenorio National Park

Daarna is het tijd om de auto op te halen. Nadat Nomad America ons een uitgebreide uitleg heeft gegeven over onze FJ Cruiser met daktent, begint het 4WD-avontuur. Onze eerste stop? Tenorio National Park. Deze vulkaan ligt niet aan de westkust van Costa Rica, maar vormt wel een leuke tussenstop op weg naar de zee. 

Hoewel de route langs het Arenal-meer uitkijkt over de bekende, gelijknamige vulkaan, is de alternatieve binnenlandse weg een grote aanrader. Deze slingerbaan is niet alleen sneller, maar trakteert ons ook op knalgroene valleien.

Aangekomen bij het minder toeristische broertje van Arenal, gaan we op zoek naar een slaapplaats. We belanden bij Cabinas Piuri, wat aan de voet van de vulkaan ligt. Als we onze daktent openklappen in de tuin, vertelt eigenaar Alexander dat je met mooi weer een eindeloos uitzicht hebt over de omliggende, vulkanische omgeving. Wij moeten het doen met een dikke laag mist; we kamperen letterlijk in de wolken.

Omdat de campsite bijna in Tenorio ligt, staan we de volgende ochtend wel binnen tien minuten in het nationale park. We volgen de drie uur durende Waterfall Circuit om het bijzondere water van de vulkaan te bewonderen. Maar de harde regenbuien gooien roet in het eten: de beroemde knalblauwe kleur laat zich niet echt zien.

Dag 4: Las Catalinas

Als we de volgende ochtend bijna bij de kust aankomen, zorgt de regen weer voor obstakels. Alle wegen richting Playa Grande zijn overstroomd. Voorzichtig steken we in de ‘4-low’ de eerste rivier over. Maar elke rivier die daarna komt... Thomas’ lach verbreedt, hij trapt het gaspedaal verder in. Ik gil een octaaf hoger. Hallo 4WD-experience!

Aan de kust komen we in een andere wereld. De zon laat de regen verdampen. De mist trekt weg. Het mysterieuze vulkaanlandschap maakt plaats voor een adembenemende kustlijn. Vanaf enorme rotsformaties langs de Stille Oceaan kijken we uit over allerlei begroeide eilandjes die uit het water poppen.

Het autovrije kustplaatsje Las Catalinas is de perfecte plek voor een relaxte stranddag tijdens je fly-drive door Costa Rica. Als de lucht goud kleurt, maken we een wandeling over Danta Beach. En zien we de zon zich langzaam verstoppen achter de eilandjes.  

Dag 5-7: Santa Teresa

Het 4WD-avontuur gaat verder, want het einde van de weg naar Santa Teresa is héél slecht. Ik kan er niks anders van maken. Enorme gaten pesten ons continu, waardoor we niet harder dan 25 (!!!) kilometer per uur kunnen rijden. Soms halen we amper de twintig.

Maar eenmaal aangekomen is het ons de ‘African Massage’ meer dan waard. We doen yoga. Drinken heerlijke koffie. Surfen. Eten. Lezen een boek in een hangmat. Slapen. En beginnen weer opnieuw. Meer is er ook niet te doen in dit hippie-achtige surfdorpje. 

Tip: Santa Teresa is inmiddels aardig ontdekt. Wil je het strand voor je alleen? Ga dan naar haar rustigere buur Mal País.

Dag 8-9: Uvita

Al voor zevenen zitten we in de auto, want we hebben vandaag een flinke rit voor de boeg. Bovendien moeten we om negen uur al op de ferry vanaf Paquera naar Punta Arenas zitten. Terwijl Thomas de auto op de ferry parkeert, zoek ik een plekje in de schaduw uit. Anderhalf uur later rijden we aan de andere kant van het water de veerboot weer af. Dat verliep soepel!

De kustweg naar Uvita is in erg goede staat en leuk om te rijden. Palmbomen geven kleur aan de strook asfalt, waar de Pacifische Oceaan af en toe doorheen weet te glinsteren. Elke bocht trakteert ons op een nieuwe verrassing. En niet alleen vanwege het uitzicht; het rijgedrag van de Costaricanen is op zijn minst merkwaardig te noemen.

In de namiddag puffen we richting de met jungle begroeide heuvels die over de goudgele zandstranden van Uvita waken. Asfalt verandert in kiezels. Kiezels in nat zand. De ‘4-low’ gaat weer aan, dit keer om modderbruggetjes te trotseren. Glibberig. En maar net breed genoeg voor ons bakbeest. Er luidt een gil. Maar de lach?

Een cocktail en twee toekans later glinstert Thomas ook weer. Wát een 4WD-ervaring! En wát een uitzicht. Vanaf de top van de heuvel waken nu wij over Uvita. Felblauwe vlinders fladderen rondom de struiken langs de kant van de infinity-pool. Het regenwoud houdt haar leven goed verborgen onder een dak van groene bladeren. En op de achtergrond probeert de Stille Oceaan ook een plekje te veroveren op ons netvlies.  

De zon komt weer op. Of nou ja, het is twaalf uur ‘s middags en de zweetdruppels stromen van mijn gezicht. Waar uitslapen ons vanochtend nog het idee van de vakantie leek, kijken we elkaar nu peinzend aan. Twee uur lang een berg op hiken midden op de dag...

Gelukkig maken de Nauyaca-watervallen alles goed. Twee enorme muren van water kletteren naar beneden, de één op 45 meter hoogte, de ander op twintig. En op volle kracht: het is het einde van het regenseizoen. Mos maakt de bruine rotsen levendig. De wild bloeiende omgeving geeft de waterval een tropisch uiterlijk.

We nemen een duik. Het water is ijskoud, de stroming is sterk. En bovenal: we hoeven de waterpoel met (bijna) niemand te delen. Moet je nagaan als je wél vroeg opstaat...  

Tip: Houd je van surfen? Rijd dan naar Playa Hermosa. De stroming is rustig, en de golven lang en laag. Ideaal voor beginners en hafgevorderden!

Dag 10-11: Drake Bay 

De bootrit naar Drake Bay lijkt een sprookje. Ruim een uur zigzaggen we door mangroves. De ondergaande zon kleurt de oevers goud. Drijvende takken creëren kringen op het spiegelgladde water. Vogels fladderen om de boot.

Aangekomen in de baai volgen we de Drake Bay Hiking Trail richting Cocalito Beach. Via een houten hangbrug steken we het felblauwe water van Rio Agujitas over. Een kwartier later lopen we vanuit het regenwoud het strand op. De volop bloeiende bomen vormen een perfect contrast met de rotsachtige kust.

Tip: Duikliefhebbers – zoals wij – nemen een kijkje onder water bij Caño Island. Wij zagen onder andere de twee enorme pijlstaartroggen, witpunthaaien, een schildpad, koffer- en kogelvissen. 

Dag 12-14: Corcovado vanaf Puerto Jiménez

Tijd om apen te spotten! Nog voordat de zon opkomt, staat onze gids al grijnzend op de steiger van het havenstadje Puerto Jiménez. Terwijl we wachten op de boot naar Corcovado, kruipt de zon voorzichtig boven de horizon uit. Bootjes dobberen vredig op het water, terwijl de wolken roze kleuren. Het water krijg een oranjetint. De zon is goud. Halleluja!

Arnulfo wijst de perfecte spot op de boot aan. Wij gaan zitten. De hele bootrit lang kijken we vanaf het water de weelderige jungle van het nationale park in. Ook zien we twee schildpadden hun uren durende paringsritueel uitvoeren. 

Met zijn scoop over zijn rechterschouder en een verrekijker om zijn nek, loopt Arnulfo een kleine twee uur later vastberaden het park in. Nog voordat we überhaupt een aap hebben gezien, zijn Thomas en Arnulfo – de twee biologen – verstrikt in een ingewikkeld gesprek over, tja, iets. Terwijl mijn muziekcentrum vol aanstaat, spot ik als eerste (!!!) een aap: de doodshoofdsoort.

Een hele familie springt over, onder, langs en tussen ons door. Nieuwsgierig kijken ze ons aan, komen ze stiekem wat dichterbij. Tegelijkertijd besluiten de slingerapen zich er ook mee te bemoeien. En slaan we twee apen in één klap!  

We lopen door. En stoppen weer, want Arnulfo ziet iets. De scoop verdwijnt van zijn schouder, het statief wordt neergezet. Twee minuten later mogen we kijken. Ver boven in de boomtoppen liggen twee brulapen als luiaards te niksen op een tak.

Na een tijdje worden we door een familie wilde zwijnen gedwongen te stoppen. Vlak voor onze neus steekt een trein van zo’n twintig harige varkens het pad over, inclusief een stuk of vier baby’s. Ook worden we een tijdje gevolgd door een neusbeer en komen we de familie van de quetzal tegen. Corcovado mag overdreven duur zijn en naar mijn idee te toeristisch; dieren zie je er gegarandeerd!

Tip: Ben je net als Thomas he-le-maal dierengek? Blijf dan slapen in het park. Je krijgt je eigen bed met klamboe. ’s Nachts steken tientallen dieren het open veld bij je slaapplek over. En je wandelt twee dagen, dus trekt veel dieper het regenwoud in.

Als je meer tijd hebt: Manuel Antonio en Matapalo

Verblijf je langer dan twee weken in Costa Rica? Maak dan voordat je naar Uvita gaat een tussenstop in Manuel Antonio National Park. Hier loop je zo vanuit uitvalsbasis Quepos het park in. Luiaarden hangen in de boomtoppen. Toekans krijsen. En je struikelt bijna over de uitzichten op de nabijgelegen eilandjes. Ga wel vroeg, want dit kustplaatsje is erg toeristisch.

Een andere leuke extra stop is Matapalo. Als je vanuit Puerto Jiménez helemaal naar het zuiden rijdt, kom je uiteindelijk op dit afgelegen surfstrandje uit. Je mag hier wildkamperen op het strand. En springt de volgende ochtend dus zo vanuit je tent de zee in. 

Met een 4WD langs de westkust van Costa Rica?

Doen! Costa Rica vormt het perfecte land om te verkennen per terreinwagen. Vooral als je de wat meer afgelegen plekken bezoekt – Santa Teresa, Uvita of Matapalo – zijn de wegen onverhard en soms overstroomd. Dit klinkt misschien onaantrekkelijk, maar zorgt juist voor een avontuurlijke 4WD-ervaring. Daarnaast zijn er veel onvergetelijke plekken waar je mag wildkamperen, zoals op het strand, naast watervallen of aan de voet van vulkanen. Een 4WD mét daktent is dus geen optie, maar een must

Tip: huur je 4x4 met daktent bij Nomad America

Waar je die 4x4 dan vandaag tovert? Wij bevelen Nomad America aan. Deze organisatie verhuurt modellen van alle groottes, volledig voorzien van kampeerspullen. Je mag zelfs een surfboard meenemen. Vlakbij San José haal jij je auto op en krijg je een duidelijke briefing van een goed Engels sprekende medewerker. Ook helpt hij je graag bij het uitstippelen van je route, en geeft hij je leuke tips voor onderweg.

Als je op pad gaat, krijg je gratis een telefoon met data voor Google Maps en een camping-app mee. Krijg je pech onderweg? Nomad America lost het meteen voor je op en zorgt ervoor dat iemand binnen een uur bij je auto is (we spreken uit ervaring). Zo ga jij zorgeloos op pad!

Beste reistijd voor de westkust van Costa Rica

Wij bezochten de westkust van Costa Rica eind november en vinden dit de perfecte periode. Dit is het einde van het regenseizoen. Af en toe valt er nog een buitje, maar het is grotendeels droog. Rivieren en watervallen zijn nog in volle kracht. De jungle is in bloei. En misschien wel het belangrijkste: het puilt nog niet uit van de toeristen. 

Let op: twee weken later wordt het drie keer zo druk. Het hoogseizoen – de droge periode – loopt namelijk van december tot mei.

Routebeschrijving

Deze autoreis langs de westkust van Costa Rica in twee weken begint en eindigt in San José. Vanuit de hoofdstad volg je Route 1 richting Arenal. Bij La Fortuna kan je ervoor kiezen om Route 42 langs het meer te nemen of Route 4 door het binnenland. Daarna vervolg je Route 1 richting de kust van Las Catalinas. Route 21 brengt je vervolgens via het plattenland naar Santa Teresa. Let op: de weg aan het einde van deze route is erg slecht, hiervoor heb je een 4x4 nodig.

Om bij Uvita te komen, neem je de autoferry van Paquera naar Punta Arenas, waarna je Route 34 volgt. Diezelfde weg brengt je naar Sierpe, het punt waar de boot naar Drake Bay vertrekt. Wij raden aan om de boot te nemen en niet zelf naar Drake Bay te rijden, vanwege erg slechte wegcondities. Puerto Jiménez bereik je wel gemakkelijk met de auto: volg Route 245.

Reizen Costa Rica

Specialisten Costa Rica

Stay tuned

Wil jij elke maand naar Midden-Amerika?

  • Schrijf je in voor de maandelijkse nieuwsbrief boordevol foto's, prijsvragen en insider tips.
  • Ook ontvang je speciale deals van onze partners.
  • En profiteer je van de leukste kortingen op reisproducten.

Aanmelden nieuwsbrief

Honduras kenner